Historie van de kerk

Geschiedenis

In Doezum, ontstaan in de vroege middeleeuwen, staat op het verhoogde kerkhof een van de oudste kerken van Noord-Nederland. De kerk en toren stammen in oorsprong uit de twaalfde eeuw. Alleen de tufstenen toren draagt nog de sobere romaanse kenmerken. Het exterieur van de kerk verraadt in de vorm en kleur van de stenen dat er meerdere verbouwingen in verschillende eeuwen plaatsvonden. De toren vormt een geheel met de westgevel van de kerk, een zogeheten gereduceerd westwerk. In de toren hangt de luidklok met het jaartal 1947. De oude klok is in de oorlog door de Duitsers gevorderd. Alleen de oostzijde van de toren heeft een wijzerplaat.

In het begin van de 13de eeuw is de kerk verlengd met een vijfzijdig koor met drie kleine laaggeplaatste vensters. In de 16de eeuw werd het tufsteen van het schip vervangen door bakstenen. De muren van het schip werden in 1808 weer afgebroken en opnieuw opgebouwd met kleinere 19de -eeuwse bakstenen in waalformaat. De kleine romaanse vensters werden vervangen door hoge vensters waardoor er meer licht viel in de -naar verhouding smalle en lange- kerk.

Het middenpad tot aan het koor is bedekt met rode Bremer zandstenen. Het koor heeft binnen een gemetseld halfrond koepelgewelf. Op de vloer liggen een aantal gebeeldhouwde grafzerken. Een piscina herinnert nog aan de tijd van voor de reformatie.

Aan weerszijden van het middenpad staan tot aan de preekstoel mahoniekleurige banken. In de ruimte tot het koor zijn stoelen geplaatst. Tegen de zuidmuur is de witgeverfde preekstoel uit 1829 geplaatst. Op de kuip zijn ‘geloof, hoop en liefde’ uitgebeeld in vrouwenfiguren. Tegenover de preekstoel staan twee herenbanken. 

Aan de wanden van de kerk hangen vier rouwborden: aan de noordwand het rouwbord van Johan Prott, geflankeerd door de borden van zijn tweede en derde vrouw. Daartegenover hangt het rouwbord van Daniel Onno de Hertoghe. Zij woonden indertijd allen in Lutjegast. Het orgel, in 1866 gebouwd door G.P. Dik (Veendam), en balustrade zijn is ook geheel witgeverfd.

Van 1953-’57 vond er een ingrijpende restauratie plaats. Kerk en toren kregen een eikenhouten sporenkap met rode oudhollandse pannen. Onderdelen van de toren werden in romaanse stijl gereconstrueerd net als de buitenzijde van het koor. Binnen kwam de vlakke blauwe zoldering weer tevoorschijn die in 1929 voorzien was van een gele betimmering.

De laatste aanpassingen aan de kerk vonden plaats in 2011 waarbij groot onderhoud gepleegd is aan het stuc- en schilderwerk in de kerk en een ontvangst- en vergaderruimte aan de noordzijde van de toren gebouwd is.

De kerk van Doezum, zowel als gebouw als voor het dorp van grote cultuurhistorische waarde, is in gebruik van de Protestantse gemeente Doezum.